In de huidige tijd zijn we gewend geraakt om bij problemen naar de overheid te kijken. Is er een subsidiepotje? Is er een beleidsplan? De bewoners van dit dorp deden dat niet. Ze wisten: als we wachten op formulieren en goedkeuringen uit de verre hoofdstad, ligt de toren al tegen de vlakte.
Tijdens een vergadering in het dorpshuis, waar de koffie sterk was en de meningen ongezouten, werd de knoop doorgehakt. "Dit is onze toren," zei een lokale aannemer. "Die laten we niet vallen."
Dit is de kern van burgerinitiatief. Het besef dat de verantwoordelijkheid voor onze leefomgeving niet begint bij de staat, maar bij de voordeur. Het is het aloude 'noaberschap': de plicht en het voorrecht om voor elkaar en voor de omgeving te zorgen. Er werd een stichting opgericht, niet om te vergaderen, maar om te doen.
Wat er in de maanden daarna gebeurde, is een schoolvoorbeeld van lokale kracht. Er was geen geld voor dure restaurateurs, dus werd er gekeken naar het kapitaal dat wél aanwezig was: vakmanschap en loyaliteit.
Het dorp kwam in beweging op een manier die we in Nederland bijna vergeten zijn:
De lokale aannemer stelde gratis steigers en materieel beschikbaar.
Gepensioneerde timmerlieden klommen naar boven om de rotte balken te inspecteren en te vervangen met eeuwenoude technieken.
De bakker en de slager zorgden elke zaterdag voor een stevige lunch voor de werkers.
De jeugd hielp mee met puin ruimen en stenen sjouwen, en leerde zo direct de waarde van hard werken.
Er werd niet gedemonstreerd en er werden geen eisen gesteld. Er werd simpelweg gewerkt. Handen uit de mouwen, voeten in de klei. De trots om bij te dragen aan iets dat groter is dan jezelf, bleek de krachtigste brandstof.
Waarom zou je zoveel moeite doen voor een gebouw? Een scepticus ziet slechts een stapel stenen en oud hout. Maar erfgoed is de drager van onze identiteit. In de muren van zo’n toren zit de geschiedenis van generaties. Hier zijn onze grootouders gedoopt, hier hebben onze ouders elkaar het jawoord gegeven.
Zoals de voorzitter van de restauratiecommissie het verwoordde: "Als we vergeten waar we vandaan komen, weten we niet waar we naartoe gaan."
Het behoud van traditie en monumenten is geen hang naar het verleden, maar een geschenk aan de toekomst. In een wereld die steeds sneller verandert en waar alles vluchtig lijkt, bieden deze plekken houvast. Ze herinneren ons aan wie we zijn. Ze vormen het decor van onze lokale cultuur en tradities. Zonder dat decor wordt het toneelstuk van ons gemeenschapsleven een stuk kaler.
Na anderhalf jaar klonk er weer geluid over de daken. Toen de klok voor het eerst weer sloeg, stonden er stoere bouwvakkers met tranen in hun ogen op het plein. Niet van verdriet, maar van pure trots. Ze hadden het zelf gedaan. Zonder staatssteun, maar mét elkaar.
De toren staat er nu weer strak bij. Niet als een museumstuk achter glas, maar als een levend hart van het dorp. Het project heeft de gemeenschap hechter gemaakt dan ooit. Buren die elkaar eerst alleen groetten, hebben nu samen op de steiger gestaan. De verdeeldheid die je soms op televisie ziet, bestaat hier niet. Hier telt alleen wat je bijdraagt.
Dit verhaal staat niet op zichzelf. Overal in Nederland zijn er stichtingen en verenigingen die vechten voor het behoud van wat ons dierbaar is. Van de restauratie van een historische molen tot het in de vaart houden van een oude botter, en van het onderhoud van landgoederen tot het behoud van oorlogsmonumenten.
Deze initiatieven draaien vaak volledig op vrijwilligers en particuliere giften. Ze krijgen niet altijd de grote subsidies die naar hippe, nieuwe projecten gaan. Juist daarom is jouw steun zo onmisbaar.
Door te doneren aan doelen die zich richten op Kunst, Cultuur & Erfgoed, help je mee om de Nederlandse geschiedenis zichtbaar te houden. Je steunt de vrijwilligers die hun vrije tijd offeren om te zorgen dat onze kleinkinderen later ook nog weten waar ze vandaan komen.
Geef voor behoud. Geef voor trots. Geef voor de toekomst van ons verleden.